Kamervragen Hanke Bruins Slot en Peter Oskam over de rol van de IGZ en het OM de kinderpornopsychiater

Array

Schriftelijke vragen van de leden Bruins Slot en Oskam (beiden CDA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister van Veiligheid en Justitie over de rol van de IGZ en het OM bij een psychiater die veroordeeld is voor het bezit van kinderporno en nog steeds werkzaam is.

  1. Heeft u kennis genomen van de uitzending van “De Monitor” van zondag 11 januari 2015 over een psychiater die ondanks een veroordeling voor het bezit van kinderporno nog steeds werkzaam is als psychiater? (1)
  1. Deelt u de mening van de Inspectie voor de Gezondheidszorg dat het verwerven, in bezit hebben, verspreiden of bekijken van kinderporno door zorgprofessionals een risico voor de zorg is en dermate overschrijdend, dat dit in strijd is met de professionaliteit en integriteit die van een zorgverlener mag worden verlangd? Zo ja, welke algemene conclusies trekt u hieruit?

  1. OiR8ikog_400x400Bent u van mening dat het Openbaar Ministerie destijds na de veroordeling voor het bezit van kinderporno de IGZ en/of de werkgever van de psychiater had moeten informeren over de veroordeling? Zo nee, waarom niet?
  1. Bent u van mening dat de veroordeelde psychiater zelf zijn werkgever had moeten informeren over de veroordeling? Zo nee, waarom niet? (2)
  1. Klopt het dat een strafrechter vaak niet kijkt of de straf ook gevolgen moet hebben voor het beroep, zoals bij een arts? Zo ja, wat is uw oordeel hierover?
  1. Wordt, en zo ja op welke wijze, in strafzaken rekening gehouden met de consequenties die de bewezen verklaring van strafbare feiten heeft of zou moeten hebben ten aanzien van de uitoefening van het beroep van de veroordeelde?
  1. Klopt het dat er sinds 2013 een “nieuwe koers” door de IGZ gevaren wordt? Wat houdt deze nieuwe koers in? Op welke wijze is deze “nieuwe koers” in beleidsregels vastgelegd en/of gecommuniceerd?
  1. Klopt het dat de OM momenteel alleen op incidentele basis informatie over veroordelingen deelt met de IGZ? Zo ja, wat belet het OM en de IGZ om tot structurele afspraken te komen?
  1. Heeft het OM de IGZ geïnformeerd over de veroordeling van de desbetreffende psychiater? Zo ja, wanneer heeft het OM de IGZ geïnformeerd? Zo nee, waarom niet?
  1. Op welk moment was de IGZ op de hoogte van de veroordeling van de betreffende psychiater?
  1. Welke acties heeft de IGZ genomen op het moment dat zij op de hoogte werd gesteld van de veroordeling?
  1. Heeft de IGZ direct een tuchtzaak tegen de psychiater aangespannen? Zo nee, waarom niet en is de IGZ bereid om alsnog een tuchtzaak aan te spannen? Zo ja, hoe lang nadat de IGZ op de hoogte is gesteld is deze tuchtzaak gestart?
  1. Wanneer heeft de IGZ eisen aan de beroepsuitoefening gesteld aan de betreffende psychiater? Zo ja, welke eisen waren dit?
  1. Welke consequenties kan de IGZ trekken als dergelijke vereisten met betrekking tot de beroepsuitoefening niet opgevolgd worden? Heeft de psychiater zich aan de eisen van de IGZ gehouden?
  1. Zijn er nog andere BIG-geregistreerden die veroordeeld zijn tot zedenmisdrijven waar dergelijke eisen met betrekking tot de beroepsuitoefening zijn opgelegd? Zo ja, om hoeveel BIG-geregistreerden gaat dit, welke eisen zijn opgelegd en hoe houdt de IGZ toezicht op de naleving van de eisen?
  1. Is het mogelijk om oude veroordelingen alsnog aan de tuchtrechter voor te leggen, zodat in het verleden veroordeelde zorgverleners alsnog tuchtrechtelijk veroordeeld kunnen worden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze gaat u of de IGZ zorgdragen dat dit gebeurt?
  1. Wat is de status van het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ? (2)
  1. Hoe rijmt u de woorden van de Inspecteur Generaal dat er geen duidelijke en standaard afspraken zijn over het informeren over een strafzaak, terwijl hiervoor wel afspraken zijn vastgelegd onder artikel 4 van het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ?
  1. Hoe vaak vinden de bestuurlijke overleggen IG-PG (art. 4.1.a Samenwerkingsprotocol), de Coördinerend annex selectie overleggen (4.1.b) en de Operationele overleggen (4.1.c) plaats? In welk van deze overleggen zou de uitwisseling van informatie over strafzaken die het werk van zorgverleners kan beïnvloeden moeten plaatsvinden?
  1. Wanneer en hoe vaak is het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ geëvalueerd (art. 8)? Is de uitwisseling van zaken zoals veroordeling voor bezit van kinderporno onderdeel geweest van een evaluatie? Zo ja, wat is hier uit gekomen?
  1. Indien het antwoord op vraag 16 ontkennend is, waarom heeft de IGZ dit punt tijdens de jaarlijkse evaluaties nooit ingebracht, terwijl zij naar eigen zeggen deze gegevensuitwisseling al sinds 2013 geregeld wil zien?
  1. Klopt het dat de psychiater na zijn veroordeling bij de Nieuwe Lente gewerkt heeft en daar patiënten is blijven behandelen die zelf in hun jeugd misbruikt zijn? Was de IGZ hiervan op de hoogte? In hoeverre was dit in strijd met de opgelegde voorwaarden van het arrest dan wel de eisen die de IGZ had opgelegd? Zo ja, welke maatregelen heeft de IGZ genomen toen bleek dat de psychiater de eisen overtreden had? (3)
  1. Indien uw antwoord op vraag 22 bevestigend is, kan dan naar uw mening het blijven uitvoeren van behandelingen aan slachtoffers van pedoseksuelen in een dergelijk geval op zich ook strafbaar zijn volgens artikel 96,  tweede lid van de Wet BIG? Zo nee, waarom niet?

 

(1) http://demonitor.ncrv.nl/veroordeelde-artsen

(2) http://www.gelderlander.nl/regio/nijmegen-e-o/veroordeelde-psychiater-met-kinderporno-werkte-gewoon-door-1.4707729?ref=regio_nijmegen-e-o_artikel-article

(3) https://www.medicalfacts.nl/medicalbackup/2015/01/13/igz-en-ggz-de-hoop-geven-kinderpornopsychiater-tweede-kans-maar-ten-koste-van-patienten/

(4) http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2009/03/31/samenwerkingsprotocol-om-igz.html

 

 

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen