
Ook prioriteit voor huisartsen bij coronavaccinatie
ArrayOok huisartsen krijgen voorrang bij de vaccinatie. Dit is afgesproken met het ministerie van Volksgezondheid, meldt de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV). De huisartsen zijn toegevoegd aan de groep zorgverleners uit de verpleeghuiszorg, de gehandicaptenzorg en de ziekenhuizen die deze week als eerste een vaccin krijgen toegediend. Het gaat om verreweg de meeste huisartsen. Alleen zwangere artsen en artsen die geen contact hebben met coronapatiënten zijn krijgen geen voorrang. Aanvankelijk bestond de groep zorgmedewerkers die als eerste zou worden ingeënt alleen uit personeel uit de verpleeghuizen en de gehandicaptenzorg.
LHV zaterdag in overleg met VWS over prioriteit huisartsen bij vaccinatie
Zaterdag bracht het ministerie van VWS naar buiten dat het zorgpersoneel dat werkt in de acute zorg op korte termijn zal worden gevaccineerd. In de eerste berichten daarover werden de huisartsen – die ook een belangrijke rol spelen in de spoedzorg – niet genoemd. Wij hebben daarop meteen contact opgenomen met VWS. Dit heeft geleid tot intensief overleg vandaag over het moment waarop huisartsen gevaccineerd zullen worden. Dit overleg is nog niet helemaal afgerond, dus over de uitkomsten kunnen we nu nog niet met zekerheid berichten. Vrijdag besloot minister De Jonge ook zorgpersoneel dat in de acute zorg met coronapatiënten in aanraking komt voorrang te geven bij het uitdelen van de vaccins. De LHV kwam daarop in actie, omdat ook huisartsen een belangrijke rol spelen in de spoedzorg.
Het ministerie van VWS heeft na overleg met de LHV besloten dat ook de huisartsen met prioriteit zullen worden gevaccineerd. Dat zal op zo kort mogelijk termijn gebeuren. De precieze uitwerking volgt nog.
In de gesprekken heeft VWS bevestigd dat huisartsen een onmisbare schakel in de zorgketen vormen, én dat zij een belangrijke rol in het vaccinatieproces spelen. Daarom is eerder al bepaald dat huisartsen een hoge prioriteit hebben in de volgorde van vaccineren.
Ella Kalsbeek, voorzitter LHV: “We hebben vandaag een duidelijke afspraak gemaakt met VWS: iedereen die een rol heeft in de huisartsenspoedzorg maakt onderdeel uit van de keten acute zorg en gaat zo snel mogelijk gevaccineerd worden.”
LHV en VWS hadden al eerder afgesproken dat alle huisartsen en hun medewerkers die patiënten gaan vaccineren, vóórdat ze starten met vaccineren zelf ook de mogelijkheid krijgen om gevaccineerd te worden. Dat gebeurt dan met het Moderna-vaccin. Dit vaccin wordt nog deze maand verwacht. In het bestuurlijk overleg van vandaag (3 januari) hebben het ministerie van VWS en de LHV aanvullend afgesproken dat, mocht het vaccin van Moderna onverhoopt niet in januari beschikbaar komen, er een andere oplossing wordt gezocht voor snelle vaccinatie van huisartsen werkzaam in de 24-uurs huisartsenspoedzorg. Of deze alternatieve oplossing nodig is, wordt op 15 januari nader beoordeeld. Huisartsen en hun zorgverlenende medewerkers vormen de eerste groep die in aanmerking komt voor vaccinatie met het Moderna-vaccin.
Dit is het vaccin dat de huisartsen vervolgens zelf gaan inzetten om (samen met instellingsartsen) bewoners van verpleeghuizen te vaccineren. Mogelijk wordt er deze week al besloten over toelating van Moderna, waarna het vaccineren van huisartsen – afhankelijk van het moment van levering – naar verwachting eind januari kan starten. Over de verdere uitwerking van de vaccinatiestrategie brengt het ministerie van VWS maandag 4-1 a.s. meer details naar buiten.
Huisartsenspoedzorg
Op zaterdag 2 januari bracht het ministerie van VWS naar buiten dat het zorgpersoneel dat werkt in de acute zorg op korte termijn zal worden gevaccineerd. In de eerste berichten daarover werden de huisartsen – die een belangrijke rol spelen in de spoedzorg – niet expliciet genoemd.
De komende tijd zal ook meer bekend worden over de aantallen beschikbare vaccins. De huidige aantallen zijn nog niet zo groot.