Gevluchte artsen stranden op nieuwe selectie

Array

Tot enkele jaren geleden vond 96 procent van de vluchtelingen die zich in Nederland had bijgeschoold tot basisarts een baan als arts of specialist. Dit blijkt uit onderzoek van de Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF waarover deze week wordt gepubliceerd in het artsenblad Medisch Contact. Een nieuwe toelatingsprocedure blijkt echter een onneembare horde voor gevluchte medici die in Nederland hun vak willen uitoefenen.

In de oude toelatingsprocedure mochten gevluchte artsen ook met een gevorderd niveau van het Nederlands starten met de opleiding tot basisarts. “Ondanks moeilijke omstandigheden hebben vrijwel alle gevluchte artsen een succesvolle loopbaan en is hun bijdrage aan de Nederlandse samenleving groot”, zo schrijven UAF-medewerkers Veltman en Both in het artikel in Medisch Contact.

De nieuwe procedure, die in december 2005 door het ministerie van Volksgezondheid (VWS) werd ingevoerd, eist dat artsen van buiten de Europese Economische Ruimte (EER) een hoger niveau Nederlands beheersen alvorens zij aan hun bijscholing tot basisarts kunnen starten. De overheid biedt echter geen cursussen aan om dit hoge niveau te bereiken. Hierdoor staat de succesvolle integratie van deze groep vluchtelingen ernstig onder druk.

“Nederland stevent af op een enorm tekort aan artsen. Dat maakt de huidige verspilling van artsen die hun land hebben moeten ontvluchten extra bitter. Wij pleiten voor een voorbereidingsjaar met taallessen en communicatiecursussen voor gevluchte artsen zodat zij aan de eisen van de overheid kunnen voldoen”, zegt directeur Kees Bleichrodt van het UAF.

Het UAF helpt gevluchte artsen bij het behalen van hun Nederlandse basisartsdiploma en een registratie op grond van de wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (BIG). Van 1997-2007 hebben op deze manier meer dan 400 vluchtelingen een BIG-registratie behaald.

Uit het rapport ‘Gevluchte artsen verrijken de Nederlandse Gezondheidszorg’ van het UAF blijkt dat meer dan negen op de tien van hen aan de slag is als arts of specialist. Het overgrote merendeel van hen spreekt zelfs van “de ideale baan.” Deze artsen dragen bij aan het verminderen van het tekort aan medici en sluiten aan bij de veranderende patientenpopulatie.

“Het gaat om de goedkoopste artsen die Nederland kan opleiden”, aldus Bleichrodt. Omdat gevluchte artsen al in hun land van herkomst hebben gestudeerd, behalen zij na gemiddeld drie jaar studie hun diploma tot basisarts. Daarmee doorlopen zij hun Nederlandse artsenopleiding meer dan twee keer zo snel als Nederlandse studenten.

Sinds december 2005 zijn slechts twee gevluchte artsen door de nieuwe toelatingsprocedure gekomen. Tot nu toe heeft slechts één van hen het diploma tot basisarts behaald.

Recente artikelen