Zorgsector maakt zich op voor meer marktwerking
ArrayDe zorg kan zich vanaf volgend jaar opmaken voor meer marktwerking. Minister Ab Klink (Volksgezondheid) heeft de grens waarbinnen zorgverzekeraars en ziekenhuizen mogen onderhandelen over de prijs van de zorg opgetrokken van 20 naar 34% van het totale zorgaanbod. Alle zorgpartijen omarmen het besluit, alleen de Tweede Kamer is nog niet overtuigd. De Kamerleden hadden namelijk net voor het zomerreces een voorstel aangenomen om voorlopig geen verdere marktwerking door te voeren in de zorg. De vrees was dat de prijzen de pan uit zouden rijzen. De bewindsman is er echter van overtuigd dat uitbreiding van de vrije prijzen niet zal leiden tot negatieve gevolgen voor de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid in de zorg. Hij schermt met een rapport van de Nederlandse Zorgautoriteit, waaruit blijkt dat de prijzen niet ’onbeheerst’ zijn gestegen. Klink moest naar eigen zeggen nu de beslissing nemen, om de maatregelen volgend jaar januari in te kunnen laten gaan.
Het gedeelte van de ziekenhuiszorg waarover onderhandeld kan worden heet in zorgtermen ’B-segment’. Het gaat dan om behandelingen die niet acuut zijn en van tevoren te plannen, zoals bijvoorbeeld het zetten van een nieuwe heup of een meniscusoperatie. In tegenstelling tot de Tweede Kamer juichen ziekenhuizen, zorgverzekeraars én patienten de besluitvaardigheid van Klink toe. Volgens hen is het een nieuwe aanzet voor een verdere kwaliteitsverbetering in de ziekenhuizen en zal de patiënt uiteindelijk wellicht goedkoper uit kunnen zijn. Zelfs bij ziekenhuizenkoepel NVZ zijn ze daarvan overtuigd. „Het gaat oneerbiedig gezegd over productie draaien”, aldus een NVZ-zegsvrouw. „Als je goed bent in heupoperaties, hoop je dat de zorgverzekeraar veel van dat soort ingrepen bij je afneemt. Als je geen goede kwaliteit levert, gaat de zorgverzekeraar naar het ziekenhuis in de buurt en draai je helemaal geen productie op die ingreep.” Ook bij de zorgverzekeraars is ’kwaliteit’ het toverwoord. „Er komen steeds meer gegevens beschikbaar over ziekenhuizen. Bijvoorbeeld hoeveel dagen patiënten in het ziekenhuis moeten blijven na een ingreep. Of hoe de instelling met zijn klanten omgaat”, legt een woordvoerder van Zorgverzekeraars Nederland uit. „De zorgverzekeraar kan nu steeds meer op zoek naar de beste prijs-kwaliteitsverhouding. Vroeger hadden we eigenlijk geen zicht op kwaliteit. Toen werden vrijwel alle ziekenhuizen gecontracteerd. Nu kunnen we ziekenhuizen overslaan die bijvoorbeeld niet goed met hun patiënten omgaan.” Hoewel ZN toegeeft dat ook het prijselement een rol speelt bij de onderhandelingen met de ziekenhuizen, gaat zich dat waarschijnlijk niet vertalen in een lagere zorgverzekeringspremie voor de consument. „Doordat de ziekenhuizen efficiënter gaan werken, zal de kostenontwikkeling in de zorg getemperd worden. Maar de kosten van de zorg stijgen jaarlijks, dan kun je een mindere kostenstijging niet één-op-één vertalen in een lagere premie”, zo houden de verzekeraars al de boot af.
Bron: Telegraaf