Kosteneffectiviteits-studies van vaccinatiecampagnes kunnen beter
ArrayStudies naar de kosten en effecten van landelijke preventieprogramma’s zoals vaccinatiecampagnes, kunnen sterk worden verbeterd door andere rekenmodellen te hanteren. Dat schrijft promovendus Robin de Vries in zijn proefschrift. De gezondseconoom, die begin januari promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen, heeft de betrouwbaarheid van de resultaten verkregen met diverse soorten modellen op een rij gezet.
De druk op de budgetten in de gezondheidszorg is groot en neemt alleen maar verder toe. Dat betekent dat de beslissing over de besteding van het beschikbare geld niet alleen belangrijker, maar ook ingewikkelder wordt. De ‘gezondheidseconomie’ is de wetenschap die zich bezig houdt met deze keuzes. De `farmaco-economie’ is dat gedeelte binnen deze wetenschap dat zich uitsluitend richt op geneesmiddelen. Mede door de budgetdruk is de voorbije jaren de vraag naar dergelijke farmaco-economische evaluaties sterk gestegen. De uitkomsten van deze studies worden (internationaal) ook steeds vaker meegenomen in de besluitvorming over implementatie, vergoeding of opname in richtlijnen. In Nederland is het vanaf 2005 bijvoorbeeld een vereiste voor een fabrikant om een gedegen farmaco-economische analyse voor te leggen om een geneesmiddel voor plaatsing op lijst 1B van het geneesmiddelenvergoedingensysteem (GVS) in aanmerking te laten komen. Robin de Vries heeft in zijn proefschrift Health-economics of interventions aimed at infectious diseases: dynamic modeling inevitable for reliable medical decision making verschillende typen modellen voor het schatten van de kosteneffectiviteit van medische interventies gericht op infectieziekten tegen het licht gehouden. Het gaat hierbij om onder meer de introductie van nieuwe geneesmiddelen en vaccinatiecampagnes in het kader van landelijke preventieprogramma’s.
De Vries onderscheidt statische en dynamische modellen. De eerste zijn volgens de promovendus zeer geschikt voor veel kosteneffectiviteits-analyses. De Vries toont daarnaast aan dat deze statische modellen voor gezondheidseconomische evaluaties van vaccinatiecampagnes tegen infectieziekten echter nogal eens ongeschikt zijn. Dat komt door de overdraagbaarheid van de ziekte. Die maakt de gezondheidseconomische analyse een stuk ingewikkelder. De Vries: “Bij vaccinatie kunnen zogeheten herd-immunity-effecten optreden: vaccinatie kan indirect ervoor zorgen dat niet-ingeente personen ook worden beschermd, waardoor de ziekte zich minder snel verspreidt .” Met dynamische modellen is de kosteneffectiviteit dan nauwkeuriger in beeld te brengen, benadrukt De Vries.
Juiste analyse
Bij het maken van een schatting van de kosteneffectiviteit van onder meer vaccinatiecampagnes wordt momenteel nogal eens gebruik gemaakt van statische modellen. Ook in Nederland is dat het geval. Dat kan ingrijpende consequenties hebben voor de beslissingen omtrent vergoeding of implementatie van interventies gericht op infectieziekten, stelt De Vries. “Die worden daardoor soms gebaseerd op een mogelijk onjuiste schatting van de kosteneffectiviteit”, verklaart hij. “Statische modellen zijn weliswaar aantrekkelijk vanwege hun rechttoe-rechtaan aanpak, maar soms is echter een meer complex dynamisch model onontkoombaar.”
De conclusies van zijn onderzoek zijn volgens De Vries van belang voor instanties die verantwoordelijk zijn voor beslissingen over vergoeding van geneesmiddelen, zoals het ministerie van Volksgezondheid, het College voor zorgverzekeringen (CVZ) en de Gezondheidsraad.
De Vries vindt dat de nationale richtlijn voor farmaco-economisch onderzoek moet worden aangepast. Hij heeft daarnaast een stappenplan opgesteld voor het kiezen van de juiste methode in elke situatie. De Vries: “Infectieziekten vragen vanwege de herd-immunity-effecten om een unieke aanpak. Om tot betrouwbare uitkomsten en uiteindelijk correcte beleidsvoering te komen, is het cruciaal dat deze ziekten dynamisch gemodelleerd worden.”
Mexicaanse griep
De Vries merkt op dat voorafgaand aan de recente vaccinatiecampagne tegen de verspreiding van de Mexicaanse griep geen kosteneffectiviteits-analyse is gemaakt. “De overheid moest snel handelen”, verklaart hij. “Bovendien spelen andere factoren, zoals de publieke opinie, de internationale situatie en een gevoel van ‘better safe than sorry’, een rol.” Desalniettemin is het volgens De Vries zinvol altijd een gezondheidseconomische analyse te doen: “Het geld kan maar één keer worden uitgegeven en het is van belang daarmee een zo groot mogelijke gezondheidswinst te behalen.”
Curriculum Vitae
Robin de Vries (Zwolle, 1979) studeerde farmacie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij promoveert 8 januari 2010 op het onderwerp Health-economics of interventions aimed at infectious diseases: dynamic modeling inevitable for reliable medical decision making. De Vries verrichtte zijn onderzoek bij de eenheid Farmaco-epidemiologie & Farmaco-economie van de afdeling Farmacie. Promotoren zijn prof. dr. M.J. Postma en prof. dr. L.T.W. de Jong-Van den Berg. De Vries is momenteel ook werkzaam aan bij deze afdeling.
Bron: RuG