Nieuwe genetische oorzaak dwerggroei gevonden

Array

Meier-Gorlin syndroom geeft na halve eeuw zijn geheimen prijs
De genetische oorzaak van het Meier-Gorlin syndroom – een vorm van dwerggroei – bleef lang onduidelijk. Samen met Schotse wetenschappers hebben Nijmeegse onderzoekers ineens vijf genen gevonden die het syndroom veroorzaken. Het zijn allemaal genen die een belangrijke rol spelen bij de verdubbeling van het DNA die voorafgaat aan celdeling, zo schrijven ze in een artikel in Nature Genetics dat onlangs werd gepubliceerd.

In 1959 beschrijft de Zwitserse kinderarts Meier een unieke patient; fragiel en klein van stuk, zonder knieschijven en met hele kleine oren. Het gaat om een zeer zeldzame aandoening, want pas in 1975 publiceert de Amerikaanse professor Gorlin een tweede patient met dezelfde kenmerken. Inmiddels zijn er wereldwijd naar schatting 100 patienten bekend met het zogeheten Meier-Gorlin syndroom.

Zeer zeldzaam

Ernie Bongers, klinisch geneticus in het UMC St Radboud, houdt zich sinds 1998 speciaal met deze bijzondere patientengroep bezig. “In dat jaar werd ik betrokken bij de behandeling van een kind van drie maanden met ernstige groeiproblemen; het dronk slecht, had hele kleine oren en geen knieschijven. Een literatuurstudie leidde tot de diagnose Meier-Gorlin syndroom. Voor zover ik weet was dat de vijfde patient in Nederland. Via (inter)nationale contacten ben ik voor verder onderzoek zoveel mogelijk patienten gaan verzamelen. Dat leidde in 2001 tot een artikel in het American Journal of Medical Genetics waarin ik acht patienten beschreef. Dit was de grootste patientengroep met het Meier-Gorlin syndroom die ooit was beschreven. Het gen dat het syndroom veroorzaakt was toen nog niet bekend.”

Kleine knieschijven

Hoewel Bongers in 2004 het gen voor een verwante patientengroep met hele kleine knieschijven opspoort, lukt het maar niet om het gen voor Meier-Gorlin te vinden. Bongers: “Het is een recessieve aandoening. De beide ouders hebben een fout – een mutatie – in hetzelfde gen zonder er zelf last van te hebben. Erft een kind van beide ouders het gemuteerde gen, dan krijgt het kind het Meier-Gorlin syndroom. In twee families met drie kinderen met het Meier-Gorlin syndroom hebben we veel onderzoek gedaan om het gen te vinden, maar zonder resultaat.”

PingPing en het vogelmeisje

Op het moment dat Bongers klaar staat om de allernieuwste technieken te gebruiken in een unieke serie van inmiddels 23 Meier-Gorlin patienten, krijgt ze een telefoontje van een Schotse onderzoeksgroep. Deze Schotse groep onderzoekt mensen met uiteenlopende vormen van dwerggroei, waaronder het Seckel syndroom en het MOPD II syndroom. Bekende mensen met een vorm van extreme dwerggroei zijn bijvoorbeeld de onlangs overleden PingPing en het Canadese dwergmeisje Kenadie Jourdin-Bromley, dat in de film Iep! de rol speelt van het vogelmeisje. Bij vijf van hun patienten hadden de Schotse onderzoekers een gen ontdekt dat de dwerggroei leek te veroorzaken. En bij nader inzien dachten ze dat die patienten enkele kenmerken hadden van het Meier-Gorlin syndroom.

Mutaties in zebravissen

Omdat Bongers wereldwijd geldt als een autoriteit op dit gebied, was de vraag of zij wilde samenwerken in het verdere onderzoek. Bongers: “Natuurlijk! Als je het gen vindt, kun je beter en vroeger een diagnose stellen en krijg je meer inzicht in de onderliggende biologische oorzaak van de ziekte. Dat leidt ook tot fundamentele inzichten in groei en een betere zorg voor de patienten.”
De samenwerking met de Schotse groep verloopt voorspoedig. Het blijkt dat enkele patienten inderdaad overeenkomsten met het Meier-Gorlin syndroom hebben. En het is ook duidelijk dat het ontdekte gen ORC1 – dat staat voor Origin Recognition Complex 1 – een belangrijke rol speelt in het kopieren van DNA in cellen voorafgaand aan celdeling en uiteindelijk lichaamsgroei. Als extra controle onderzoekt de Schotse groep het effect van zo’n ORC1 mutatie in zebravissen. Bongers: “Die vissen worden inderdaad een stuk kleiner dan normaal. Dat bevestigt het verband tussen het gen en de ziekte.”

Een ingewikkeld complex

Het gen ORC1 heeft vijf verwante genen (ORC2-6). Dit zestal vormt samen met de genen CDT1 en CDC6  het pre-replicatie complex. Dit pre-replicatie complex is enorm belangrijk bij de celdeling. Voordat een cel zich deelt in twee cellen, moet ook het genetisch materiaal worden verdubbeld. Wat geeft het startschot voor die verdubbeling van het DNA? Het pre-replicatie complex! Bongers: “Dat een mutatie in het ORC1 gen tot dwerggroei kan leiden, wordt dan begrijpelijk. Bij deze patienten verloopt de celdeling kennelijk minder snel en minder celdeling leidt tot beperkte groei.”
In een andere poot van het onderzoek werd bekeken of ORC1-mutaties in Meier-Gorlin patienten te vinden waren. Bongers: ”In totaal hebben we bij 34 patienten naar mutaties in het ORC1 gen gezocht. Bij 4 van hen vonden we inderdaad mutaties in dit gen. Bij 14 patienten vonden we echter mutaties in vier andere genen van dat pre-replicatie complex. Daarmee levert dit onderzoek van een zeer zeldzaam syndroom een belangrijke nieuwe bijdrage aan onze kennis over groei.”

Bron: UMCN

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen