Hersendoodprotocol

Array

Door de recente gebeurtenissen rondom het ski-ongeval van Prins Johan Friso is er in de media ruim aandacht besteed aan het criterium voor hersendood. Het opstellen van het Hersendoodprotocol waaraan elke arts zich te houden heeft, is in Nederland de taak van de Gezondheidsraad. In 1996 bracht de raad over deze twee taken een advies uit. In 1997 namen de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de minister van Justitie het advies over, waarna het Hersendoodprotocol op 1 maart 1998 in werking trad. In 2006 heeft de Gezondheidsraad opnieuw een advies over het hersendoodprotocol uitgebracht. Dit advies betrof een actualisatie van het protocol op enkele onderdelen. Ook dit advies is overgenomen (Staatsblad, 29 juni 2006), waarna het bijgestelde Besluit Hersendoodprotocol op 1 september 2006 in werking is getreden.

De Gezondheidsraad heeft bij de advisering over het hersendoodprotocol steeds de rechten en belangen van de potentiele donor als uitgangspunt genomen. De raad heeft daarbij gekozen voor de meest stringente definitie van hersendood, namelijk het zogeheten whole brain death concept (met de daarbij vereiste procedure voor de hersendoodbepaling) en niet de minder stringente definities zoals hersenstamdood of hersenschorsdood. Deze definities zijn om ethisch-maatschappelijke redenen problematisch en vormen een risico voor het publieke vertrouwen in de procedure. Het whole brain death concept gaat uit van het volledige en definitieve verlies van de functies van de hersenen en de hersenstam, inclusief het verlengde merg.

Bij de protocollaire werkwijze voor de hersendoodbepaling heeft de raad zorgvuldigheid voorop gesteld. Het protocol bevat daarom drie stappen:

a) vaststelling van de oorzaak van de hersenschade;

b) klinisch neurologisch onderzoek (testen op: ontbreken van bewustzijn, afwezigheid van hersenstamreflexen, en beademingsafhankelijkheid);

c) aanvullend onderzoek (onderzoek van de elektrische activiteit van de hersenen, onderzoek naar ontbreken van spontane ademhaling, en zonodig onderzoek van de hersendoorbloeding).

Hiermee is volgens de raad de meest zorgvuldige werkwijze voor de hersendooddiagnostiek gewaarborgd.

Bron: GR

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen