Bijwerkingen zijn de oorzaak van geringe therapietrouw van chronische zieken
ArrayIn het artikel van vorige week met de kop “Meeste chronisch zieken slikken hun pillen onvoldoendeâ€deed Guus Schrijvers verslag van een Julius congres, waar naar voren kwam dat slechts 30% van de chronisch zieken de voorgeschreven medicatie op de juiste wijze gebruikt. Marja Morskieft is al 25 jaar chronisch ziek en lijdt aan meer dan één aandoening. Zij stuurde een uitvoerige reactie, waaruit Guus enkele stukken citeer: “Ik weet uit ervaring redenen te verzinnen waarom mensen met een chronische aandoening therapie(on)trouw zouden kunnen zijn. Kort door de bocht: BIJWERKINGEN.
Veel medicijnen geven bijwerkingen die de kwaliteit van je leven bedreigen Je misselijk maken, duizelig en dik. Meer problemen bezorgen: obstipatie, vocht vasthouden, depressie, slapeloosheid-waarvoor je weer medicatie krijgt voorgeschreven. Hoewel de apotheker in theorie voorlichting moet geven over bijwerkingen heb ik het, in mijn 25 jarige loopbaan als chronisch zieke, nauwelijks meegemaakt. Wat me vaker een onaangename verrassing bezorgde. Soms was zelfs een bezoekje aan de Spoedeisende Hulp noodzakelijk.Ook worden medicijnen die samen voor een onprettig resultaat (kunnen) zorgen,gewoon zonder waarschuwing verstrekt. Heb je een bijwerking die niet vaak voorkomt, weet de huisarts én apotheker van niets. “Dat kan niet! Dat heb ik nog nooit meegemaakt!” hoorde ik maar al te vaak .Al was ik in het ziekenhuis opgenomen omdat ik binnen 24 uur 3 liter vocht vasthield na het slikken van een medicijn. (…) Depressief? Dat worden we niet van onze aandoening, de meesten van ons hebben dat allang als een gegeven aanvaard. Depressief worden we van zorgverleners die niet luisteren, niet samenwerken, het geheel niet willen zien,niet buiten de standaard ziekte-richtlijnen kunnen denken. (…) Motiverende gesprekken? Ik heb ze jaren gevoerd met zorgverleners in opleiding. Ik was blijkbaar een roepende in de woestijn.
Daar word ik nou depressief vanâ€, aldus de ervaren Marja Morskieft.