Ranglijst farmaceutische bedrijven toont positieve trends
Array
Rapport laat zien dat farmaceutische bedrijven zich meer inzetten dan twee jaar geleden om medicijnen in ontwikkelingslanden beschikbaabetr en betaalbaar te maken.
De gezaghebbende Access to Medicine Index rangschikt elke twee jaar de top-20 farmaceutische bedrijven aan de hand van hun inspanningen om meer mensen in ontwikkelingslanden toegang te geven tot medicijnen. De nieuwste editie, die woensdag is verschenen, laat zien dat er branchebreed meer wordt gedaan dan in 2010. GlaxoSmithKline heeft nog altijd de leiding, maar een groeiende kopgroep komt steeds dichterbij.
Johnson & Johnson is een van de sterkste stijgers. Was het met een 9e plek in 2010 een goede middenmoter, dit jaar springt het bedrijf naar de 2e plaats, direct achter GlaxoSmithKline. Het is daarmee een van de twee nieuwkomers in de top drie. De stijging is vooral te danken aan het feit dat het bedrijf alle activiteiten rond toegang tot medicijnen heeft samengebracht binnen één businessunit, wat heeft geleid tot een meer strategische en geïntegreerde aanpak. Ook de overname van vaccinproducent Crucell heeft een positief effect gehad, omdat investeringen in research & development hierdoor nog meer gewicht hebben gekregen. Tot slot heeft het bedrijf als geheel meer inzage gegeven in zijn activiteiten rond toegang tot medicijnen.
“De Index van 2012 laat zien dat bedrijven zich intern beter organiseren als het gaat om toegang tot medicijnen en dat de bedrijven die daar het best in slagen ook het best presteren op de andere punten die wij meten. De koplopers bepalen het tempo van de vooruitgang”, aldus Wim Leereveld, oprichter en CEO van de Access to Medicine Index. “Het is ook duidelijk dat bedrijven die hun inspanningen niet voortdurend opschroeven meestal worden ingehaald door hun collega’s.”
Miljoenen mensen in ontwikkelingslanden hebben geen toegang tot veilige, effectieve en betaalbare medicijnen, vaccins en andere zaken die van belang zijn voor hun gezondheid. De Access to Medicine Index is een onafhankelijk initiatief dat inzichtelijk maakt wat de wereldtop van de farmaceutische industrie doet om daar verbetering in te brengen. De Index verschijnt elke twee jaar.
De Index toetst bedrijven op hun beleid, prestaties, innovaties en transparantie omtrent zeven criteria die essentieel zijn voor het verbeteren van toegang tot medicijnen. In de totaalscore wegen meer dan 100 factoren mee. Ontwikkelen de bedrijven nieuwe medicatie voor verwaarloosde tropische ziekten? In hoeverre ondersteunen of remmen ze het ontwikkelen van generieke varianten van hun geneesmiddelen? Welk prijsbeleid voeren zij in ontwikkelingslanden? Er wordt ook gekeken naar lobbywerk, ethische marketingprincipes en filantropische activiteiten zoals productdonaties.
De highlights: wie presteert het best?
GlaxoSmithKline staat nog steeds bovenaan, dit jaar op de voet gevolgd door Johnson & Johnson (2e plaats) en Sanofi (3e plaats), beide nieuw in de top drie. De sterkste stijgers zijn Merck KGaA, Johnson & Johnson en Bayer. AstraZeneca daalt het hardst, gevolgd door Böehringer-Ingelheim, Novartis en Roche. Hekkensluiters zijn de Japanse bedrijven Takeda, Daiichi Sankyo en Astellas.
Algemene trends
Zeventien van de 20 bedrijven doen meer dan twee jaar geleden. De kopgroep is gegroeid van drie naar zeven bedrijven en hun onderlinge verschillen zijn kleiner dan in 2010. Tegelijkertijd is ook het gat tussen de koplopers en de bedrijven die het laagst op de lijst staan kleiner geworden. Dat is opmerkelijk, want de Index stelde dit jaar op veel punten hogere eisen.
Farmaceutische bedrijven ontwikkelen meer producten voor meer ziekten die met name de armsten ter wereld treffen. Ook werken zij meer samen dan twee jaar geleden. Er worden meer doelen geformuleerd en sommige bedrijven besteden nu 20% van hun pijplijn aan het ontwikkelen van producten voor arme mensen. Zo is Sanofi bezig zijn medicijn tegen leishmaniasis door te ontwikkelen, om tot een middel te komen dat patienten zelf thuis op de huid kunnen aanbrengen. Johnson & Johnson is een samenwerking aangegaan om een eenvoudige, draagbare en snelle tbc-test te ontwikkelen. Een test waar geen arts of verpleegkundige bij nodig is, maar waarbij patienten simpelweg een blaaspijpje gebruiken en binnen een paar minuten de uitslag hebben.
Ook hanteren steeds meer bedrijven een gedifferentieerd prijsbeleid om prijzen voor bepaalde landen of bevolkingsgroepen omlaag te krijgen. Bovendien passen zij dit beleid toe op een breder scala aan producten en in meer landen.
Toch zijn er nog steeds verschillende punten waarop alle farmaceuten hun aanpak aanzienlijk zouden kunnen verbeteren. Denk aan meer transparantie over lobbypraktijken, het verder doorvoeren van prijsdifferentiatie, het aanpassen van verpakkingen aan lokale eisen, het meer vraaggestuurd doneren van medicijnen, en het vrijgeven van klinische onderzoeksgegevens om in ontwikkelingslanden sneller goedkeuring te kunnen krijgen voor generieke geneesmiddelen.
Er is één punt waarop de farmaceuten totaal niet voldoen aan de normen van de Index. Het gaat dan om helderheid rond het outsourcen van clinical trials aan Contract Research Organisations (CRO’s). Farmaceutische bedrijven huren ze vaak in om namens hen clinical trials uit te voeren in ontwikkelingslanden, maar niet één bedrijf maakt alle CRO’s die zij inschakelen openbaar. Accountability betekent ook dat een bedrijf het welzijn van trial-deelnemers veiligstelt door onderaannemers zeer zorgvuldig te selecteren, in de gaten te houden hoe zij de trials uitvoeren en disciplinaire maatregelen te koppelen aan de gedragscodes. Toch waren er maar vier bedrijven (Merck & Co., Sanofi, GlaxoSmithKline en Eisai) die konden aantonen dat zij disciplinaire maatregelen nemen richting hun CRO’s, om gedragscodes in ere te houden en om ervoor te zorgen dat hun trials op een veilige en ethisch verantwoorde manier worden uitgevoerd.
“Toegang tot medicijnen is een complexe en uitdagende materie. De verantwoordelijkheid voor het verbeteren ervan ligt dan ook bij verschillende spelers, maar farmaceutische bedrijven hebben hierin een essentiele rol. Hoewel de Index aantoont dat zij op vele punten grote stappen hebben gemaakt, laten de best practices binnen de sector duidelijk zien dat de farmaceutische industrie nog veel meer goeds kan doen”, aldus Leereveld.
Dit is een origineel bericht van Access to Medicine Foundation
Bron: ANP Perssupport
