COPD-patiënt eerder in de problemen dan gedacht

Array

COPDpneumoniaOnderzoek van promovendus Bram van den Borst toont aan dat COPD-patiënten al in een vroege fase van de ziekte te maken krijgen met veel meer dan alleen maar longklachten. De hoeveelheid spiermassa vermindert, de kwaliteit van spierweefsel gaat achteruit en vet wordt op een gevaarlijke plek in het lichaam opgeslagen. Hierdoor is het risico op hart- en vaatziekten sterk verhoogd. Deze resultaten vereisen een verandering van persoonlijke leefstijl die veel verder gaat dan stoppen met roken.

Van den Borst promoveert vrijdag 17 mei aan de Universiteit Maastricht op zijn onderzoek. Zijn proefschrift was mede aanleiding voor het Longfonds om 250.000 euro subsidie te verstrekken voor vervolgonderzoek naar effectieve behandelmethodes.

Rokersziekte
De ‘rokersziekte’ COPD staat voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease, een verzamelnaam voor de longaandoeningen chronische bronchitis en longemfyseem. In Nederland lijden 320.000 mensen aan COPD, wereldwijd maar liefst 64 miljoen. Vanzelfsprekend gaat de ziekte gepaard met verminderde longfunctie, kortademigheid en chronisch hoesten. De meeste patiënten met een milde vorm van COPD overlijden echter aan hart- en vaatziekten, en dus niet direct aan longfalen. Dat was aanleiding voor longarts in opleiding Bram van den Borst om te zoeken naar andere ziekteverschijnselen bij deze specifieke patiënten. In een unieke onderzoeksgroep van duizenden ouderen kwam een aantal opvallende zaken aan het licht.

Gevolgen
Zo onderzocht Van den Borst de spierontwikkeling bij patiënten met een milde vorm van COPD, waarbij hij een tweetal opmerkelijke resultaten vond. Allereerst was de hoeveelheid spiermassa bij patiënten aanzienlijk lager dan bij gezonde leeftijdsgenoten. Daarnaast was de kwaliteit van spieren ook nog eens sterk verminderd. Patiënten hebben te weinig spiervezels die nodig zijn voor duurinspanning, met als gevolg een sterk verminderd uithoudingsvermogen. Deze patiënten bleken, naast deze spierproblemen, ook vetweefsel op de verkeerde plaats in het lichaam te ontwikkelen. Een verschijnsel dat normaliter voorkomt bij de ziekte obesitas. Vet stapelt zich dan op tussen de organen in de buik. Dit ongezonde buikvet kan zorgen voor ontstekingsreacties die weer kunnen leiden tot diabetes en hart- en vaatziekten. Van den Borst nam dit echter ook waar bij COPD-patiënten zonder obesitas.

Leefstijl-interventie
Van den Borst licht toe dat het probleem veel breder is dan alleen roken: “Klachten van COPD in een vroege fase houden sterk verband met iemands leefstijl. Veel patiënten hebben minder lichaamsbeweging en hebben bovendien een ongezond voedingspatroon. Ik pleit er dan ook voor om de stoppen-met-roken-poli voor COPD-patiënten uit te breiden tot een leefstijl-interventie-poli. Patiënten met een milde vorm van COPD zijn namelijk nog wel in staat om een intensieve training te doen om spierontwikkeling en vetverdeling te verbeteren. Daarnaast kan het optimaliseren van het dieet een positieve invloed hebben. Met als gevolg dat hun risico op diabetes en hart- en vaatziekten kan worden verminderd”. Daar is de subsidie van het Longfonds dan ook voor bedoeld. Met het geld kan een op maat gesneden interventiestudie worden ontwikkeld. Een combinatie van gerichte lichamelijke training en een geoptimaliseerd dieet zou dan weleens de gouden behandelmethode kunnen worden voor de vele patiënten die lijden aan een milde vorm van COPD.

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen