Rijk debat waardevol bij ontwikkeling tissue-engineering

Array

hoopArtsen en biochemici van het Radboudumc werken aan de ontwikkeling van biologische weefsels waarmee afwijkingen – zoals het ontbreken van een stukje slokdarm, een middenrifbreuk of een onvolledige blaas – hersteld kunnen worden. Deze kunstweefsels hebben de potentie om op termijn de huidige behandelingen sterk te verbeteren. Anke Oerlemans, als onderzoeker medische ethiek verbonden aan het Radboudumc, promoveert op 4 december op de ethische aspecten van deze en andere vormen van tissue-engineering.

Het begrip tissue-engineering dook voor het eerst op in 1988 tijdens een biomedisch symposium in de Verenigde Staten. In 1997 stond de hele wereld versteld van de foto van een muis met een menselijk oor op zijn rug. Tegenwoordig wordt tissue-engineering gezien als onderdeel van het vakgebied regeneratieve geneeskunde: het vervangen of herstellen van ziek of versleten weefsel door gezond weefsel.

EuroSTEC
Het Radboudumc was voortrekker van EuroSTEC, een groot wetenschappelijk programma, gesubsidieerd door de EU. EuroSTEC is onlangs afgerond. Het programma richtte zich op het herstellen van weefsels die niet goed gesloten zijn, zoals een opening in middenrif of buikwand, of een niet goed ontwikkelde blaas, plasbuis of slokdarm. De patiënten zijn bijna altijd kinderen die met zo’n afwijking geboren zijn. Het Radboudumc werkt samen met laboratoria en ziekenhuizen in meerdere Europese landen aan de ontwikkeling en toepassing van matjes of buisjes van het natuurlijke materiaal collageen, bedekt met menselijke groeifactoren en soms ook menselijke cellen. Kinderurologen en -chirurgen van het Radboudumc onderzochten in dieren de toepasbaarheid en veiligheid van dit kunstweefsel. EuroSTEC keek bovendien naar de mogelijkheden om de afwijkingen al bij de foetus in de baarmoeder te herstellen.

Nog niet uitontwikkeld
Al in een vroeg stadium zijn bij EuroSTEC medisch-ethici betrokken. Eén van hen is promovenda Anke Oerlemans. Zij zegt dat het belangrijk is om al voorafgaand aan de daadwerkelijke introductie van nieuwe medische technologie de ethische aspecten te bekijken. ‘Het beste is om de ethische problemen duidelijk te hebben op een moment dat de techniek nog niet helemaal is uitontwikkeld en het nog mogelijk is om in te grijpen,’ zegt ze. ‘Zowel technologie als samenleving hebben uiteindelijk baat bij een rijk debat in de ontwikkelingsfase.’

In eerste instantie maakte zij samen met de betrokken artsen en onderzoekers een zo compleet mogelijk overzicht van de ethische problemen in relatie tot het onderzoek van EuroSTEC. Om er een paar te noemen: de toestemming van de donor in de fundamentele onderzoeksfase, de beperkte geschiktheid van diermodellen en het afwegen van risico’s en voordelen voor de patiënt in de klinische testfase.

Mediahypes
Een probleem dat Oerlemans in haar proefschrift afzonderlijk uitwerkt is, dat tissue-engineering vooralsnog meer belooft dan waarmaakt. ‘Tienjarig meisje krijgt in lab gemaakte ader’. ‘Vrouw krijgt luchtpijp uit eigen stamcellen’. Dit soort berichtgeving is gebaseerd op individuele klinische experimenten, waarvan de uitkomst op langere termijn nog ongewis is. Toch gaat er de hoopvolle suggestie van uit, dat tissue-engineering succesvol is en binnen het bereik van iedere patiënt ligt. Veel artsen kennen de situatie, dat ze patiënten moet teleurstellen, die op basis van een mediahype met valse hoop de spreekkamer binnenstappen.

Het dilemma voor onderzoekers is, dat ze publiciteit hard nodig hebben om subsidiegevers in hun project geïnteresseerd te krijgen en te houden. Ook zij laten zich graag leiden door snelle en tastbare resultaten. Oerlemans heeft begrip voor dit dilemma. ‘Wetenschappers kunnen er niet omheen om de publiciteit te zoeken,’ zegt ze. ‘Elke onderzoeker moet tegenwoordig zijn eigen reclamezuil zijn.’

Tussenstappen
Oerlemans wijst erop, dat het belangrijk is dat wetenschappers geen ongefundeerde uitspraken doen over de termijn waarop een nieuwe medische techniek beschikbaar zal zijn. Beter is om aan te geven welke concrete tussenstappen er nog nodig zijn voordat een product of werkwijze veilig en breed toepasbaar is. Een voorbeeld van zo’n noodzakelijke tussenstap is het vinden van het juiste evenwicht tussen flexibiliteit en stevigheid van de collageenmatjes. Hiervoor is het nodig dat de chirurgen hun klinische ervaringen delen met de tissue-engineers. EuroSTEC organiseerde voor dit doel regelmatig internationale workshops.

Softe impacts
Oerlemans geeft aan dat er naast harde factoren die goed meetbaar zijn, op langere termijn ook ethische problemen kunnen ontstaan die nu nog niet goed zijn in te schatten; de zogenoemde softe impacts. ‘Omdat tissue-engineers natuurlijke materialen gebruiken en lichaamseigen processen imiteren, lijkt tissue-engineering heel natuurlijk en ongevaarlijk. Maar het blijft een technologie. Juist omdat het lichaam als het ware versmelt met het kunstweefsel en dit proces niet meer terug te draaien is, is het belangrijk om goed na te denken over minder tastbare gevolgen. Hoe verandert bijvoorbeeld ons idee over ons lichaam, als we ooit op grote schaal vervangende organen kunnen maken in het lab? Voor zulke kwesties is meer aandacht wenselijk.’

Redactie Medicalfacts / Alida Budding - Hennink

Samen met mijn dochter Janine Budding verzorg ik dagelijks het online medisch nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant is. De rol en beleving van patiënt & Healthy Ageing, zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik heb jarenlang ervaring in diverse functies in thuiszorg.

Recente artikelen