Tuchtklachten tegen chirurgen vaker door organisatorische fouten
ArrayHet aantal tuchtklachten tegen chirurgen is in de afgelopen elf jaar gedaald terwijl het aantal chirurgen toenam. Ook inhoudelijk zijn de tuchtzaken tegen chirurgen veranderd: er zijn minder medisch-technische klachten en meer over organisatorische tekortkomingen. Dat blijkt uit het boek 'Chirurg en tuchtrecht 1996 -2007' van de professoren Hubben (Gezondheidsrecht) en Wiggers (Chirurgie) van het Universitair Medisch Centrum Groningen.
Het aantal klachten dat in Nederland tegen algemeen chirurgen, orthopedisch chirurgen, plastisch chirurgen en neurochirurgen bij de verschillende tuchtcolleges werd ingediend, is in de periode van 1996 tot 2007 gedaald. De klachtendichtheid – dat is het aantal klachten per 100 chirurgen – daalde van 4,5 (1996) naar 2,7 (2007). Ook het percentage door tuchtcolleges gegrond verklaarde klachten over chirurgen liep terug van 18% (1996) naar 15,9% (2006).
In de gegrond verklaarde tuchtklachten over chirurgen is sprake van een accentverschuiving. Het aantal zaken waarin het medisch-technisch handelen van de chirurg ter discussie stond daalde, terwijl veroordelingen op basis van organisatorische tekortkomingen meer voorkomen. In ongeveer tweederde van de tuchtzaken waarin een chirurg is veroordeeld, heeft organisatorisch falen in de praktijkvoering daarbij een belangrijke rol gespeeld. Daarbij gaat het om onjuiste of onvolledige verslaglegging, gebrek aan protocollering of het niet goed volgen van protocollen, onduidelijkheid in de regeling van verantwoordelijkheid, in het bijzonder tussen chirurg en arts-assistent en onvoldoende verzekering van de continuïteit van zorg.
Aanbevelingen
De onderzoekers doen de aanbeveling om verdere maatregelen ter preventie van klachten juist op deze organisatorische aspecten te richten, zoals het verbeteren van de dossiervoering, het verhelderen van de verantwoordelijkheden (met name de positie van de arts-assistent), het ontwikkelen en volgen van protocollen en verbeteren van de informatievoorziening aan de patiënt. Daarnaast noemen de onderzoekers als bijzondere risicogebieden de kijkoperaties van knie en galblaas en de handchirurgie. Het is belangrijk dat die ingrepen alleen worden uitgevoerd door chirurgen die voldoende getraind zijn in de hiervoor nodige technische vaardigheden.
De sectie Gezondheidsrecht (prof. Joep Hubben en mr. Gerie Bulstra) van het UMCG doet systematisch onderzoek naar de ontwikkeling van de tuchtrechtspraak. In vervolg op eerder onderzoek zijn, in nauwe samenwerking met de afdeling Chirurgie van het UMCG (chirurg prof. Theo Wiggers) alle in de periode 1996-2007 gegrond verklaarde klachten over chirurgen in Nederland in kaart gebracht en geanalyseerd. Het gaat om 132 zaken die veel leerpunten voor de praktijk bevatten en daarmee kunnen bijdragen aan vergroting van patiëntveiligheid. In Nederland werken in totaal ruim 2000 chirurgen.
Het eerste exemplaar van het boek 'Chirurg en tuchtrecht 1996-2007' wordt op donderdag 22 mei 2008 tijdens het jaarcongres van de Nederlandse chirurgen in Veldhoven aangeboden aan de inspecteur-generaal voor de gezondheidszorg, prof. Van der Wal.
Bron: UMCG
