Ambtelijke detailbemoeienis frustreert wetenschap
ArrayDe overheid schrijft kunstenaars toch ook niet de productiewijze van schilderijen voor?
Er zijn nieuwe, buitengewoon effectieve biotech-geneesmiddelen tegen ernstige ziekten zoals reuma en psoriasis, een chronische huidziekte. Bij de behandeling is het lastig te bepalen of dosisverhogingen nodig zijn wegens opflikkeringen of een middelenswitch na allergische reacties. Hiervoor zijn testen van kennisinstituut Sanquin, maar deze zijn vrijwel niet beschikbaar. Door niet langer te besparen op €39 testkosten zijn de potentiele besparingen van €20.000 per jaar per patient aan uitgespaarde geneesmiddelenkosten voor de overheid kostenloze baten.
Ook werkgevers hebben baat bij testen omdat de arbeidsproductiviteit erdoor stijgt. Maar ondanks dat werkgevers het ziekteverzuim minutieus bijhouden en de ziektepremie voor hun werknemers betalen, mogen zij deze baten niet managen. Zij mogen zich niet bemoeien met de door de overheid gedetailleerde voorschriften van zorguitvoering.
De overheid heeft een ‘big bang’-wetenschapsopvatting, die het werk van ambtenaren eenvoudig houdt. Grote, onbetaalbare onderzoeken zijn wettelijk vereist om wetenschapsdoorbraken te onderbouwen. Deze kosten veel doorlooptijd, omdat steeds nieuwe patienten moeten worden onderzocht, oud patientenmateriaal mag niet worden gebruikt. Als de uitvinding uiteindelijk wordt goedgekeurd, wordt deze vaak zonder controles wereldwijd ter beschikking gesteld. De big bang-wetenschapsopvatting rechtvaardigt een grote overheid die zich in talloze instituten bezighoudt met de steeds verdergaande detaillering van absolute voorschriften. Hierdoor wordt de wetenschapsuitvoering beperkt en de zogenaamde standaardzorg bevriest in verplichte betalingssystemen.
Maar testen zijn wetenschappelijk vaak beter te onderzoeken met oud materiaal, tegen lage kosten. Denk maar eens aan een testje op jongetjes (Y-chromosoom), dat meisjes moet uitsluiten (geen Y-chromosoom). Het onderzoek kan steekproefsgewijs gedaan worden met een weefselbank waarin de gegevens over het geslacht zijn opgeslagen. Het is een kwestie van geautomatiseerd 10.000 monsters trekken en de computer laten bijgehouden of de test het wel eens mis heeft. Een uurtje werk en klaar is Kees. De Belgische overheid snapt dit, waardoor de implementatiekosten van medische testen er veel lager liggen.
De big bang-wetenschapsopvatting is vrijwel nooit van toepassing op de zorg. Door vele jaren hard werk maken wetenschappers zich kleine subdomeinen eigen. De zorgkwaliteit gaat in kleine, onvoorspelbare stapjes vooruit. Wetenschap is een kunst. Vreemd eigenlijk, die ambtelijke detailbemoeienis met het onderzoek. De overheid schrijft kunstenaars toch ook niet de productiewijze van schilderijen voor?
Niet ambtenaren, maar gedreven mensen in kennisinstituten zoals Sanquin zijn wetenschappelijk competent. Soms heeft een klein kwaliteitsstapje een geweldige impact doordat opeens een grote groep mensen aan het werk kan. In plaats van op microniveau in overheidsinstituten het zorgonderzoek voor te schrijven en de betaling van de zorguitvoering te detailleren, kan een afgeslankte overheid beleidsmatig gefocust worden op zorgresultaten in nauwkeurig afgebakende zorgdomeinen. De professionals kunnen dan in alle vrijheid inzetten op kwaliteitsbevorderende zorginnovaties.
Voetnoot:
Dr. drs. Wim Huppes, MBA, is internist te Hilversum.
Eerder gepubliceerd in het FD