Voortbestaan Nictiz en LSP onzeker

Array

Nictiz krijgt geen geld meer van het ministerie van VWS voor het ontwikkelen en beheren van het landelijk schakelpunt. Minister Schippers geeft Nictiz drie maanden de tijd om de landelijke infrastructuur met geld van derden overeind te houden. Lukt dat niet, dan is de kans groot dat Nictiz ophoudt te bestaan en dat de totale investering van mogelijk meer dan 500 miljoen euro, verloren gaat. Minister Schippers van VWS heeft Nictiz opdracht gegeven om binnen drie maanden te komen met een voorstel waarmee de medewerking van haar aan de ontwikkeling van het LSP wordt beeindigd. Nictiz gaat verkennen of er zonder overheidssteun een toekomstperspectief bestaat voor het LSP met Nictiz of andere partijen.

Minister Edith Schippers brengt per brief direct de gevolgen van de verwerping van het EPD wetsvoorstel in beeld. Het heeft tot gevolg dat specifieke wettelijke eisen op het gebied van toegang, beveiliging, toezicht, sanctionering en patiëntenrechten ten aanzien van de landelijke én regionale uitwisseling van gegevens zullen hierdoor uitblijven. Daarnaast betekent dit dat er geen wettelijke grondslag wordt gecreëerd voor het Landelijk Schakelpunt (LSP).
Het uitvoeren van de motie X van het lid Tan betekent dat de betrokkenheid van de minister van VWS bij het LSP, waarin op dit moment van ruim 8,7 miljoen burgers het BSN is opgenomen en waarop bijna 4400 zorgaanbieders zijn aangesloten, dient te worden beëindigd. Een aanzienlijk deel van deze zorgaanbieders gebruikt het LSP in het zorgproces. Om de afbouw vande minister van VWS zorgvuldig te laten lopen zal dit op de volgende wijze worden vormgegeven:

Nictiz de opdracht  gekregen om binnen drie maanden te komen met een voorstel waarmee de beleidsmatige, financiële en organisatorische medewerking van VWS aan de ontwikkeling van het LSP wordt beëindigd. Het bestuur van Nictiz krijgt hiermee de ruimte om zich te oriënteren op de nieuwe situatie en de gevolgen daarvan. Verkend kan worden of er zonder overheidssteun een toekomstperspectief bestaat voor het LSP met Nictiz en/of andere partijen om een rol te vervullen bij het mogelijk maken van informatie-uitwisseling in de zorg- sector.

Nictiz is verzocht om gedurende bovenstaande periode een moratorium in te stellen op het aanmelden van nieuwe patiënten bij het LSP. Het LSP zal in deze periode wel beschikbaar blijven voor informatie-uitwisseling over patiënten die al in het LSP zijn opgenomen.

Het ministerie is betrokken bij het klantenloket dat invulling geeft aan patiëntrechten als het maken van bezwaar en inzage en de communicatie met de burger. De uitvoering hiervan is in handen van Nictiz. Vanuit het klantenloket ontvangen burgers bijvoorbeeld de persoonlijke brieven wanneer hun zorgaanbieder hen heeft aangemeld, de bevestigingen van het verwerken van bezwaar en inzage-overzichten. Om een zorgvuldige afbouw van haar bemoeienis met het klantenloket te borgen zal de minster gedurende de periode van het moratorium invulling blijven geven aan het klantenloket met de huidige communicatie- middelen. Op die manier wordt de invulling van de patiëntrechten voorlopig gewaarborgd. Ondertussen moet bezien worden of en hoe deze functionaliteit kan worden voortgezet.
Het voornemen om via het LSP elektronische inzage in de eigen medische gegevens voor burgers mogelijk te maken, zal niet meer kunnen worden gerealiseerd. Tevens zijn reeds in gang gezette aanpassingen en investeringen in het LSP zoals gedifferentieerd bezwaar, toegang op maat en sms- en emailnotificatie per direct stopgezet.
Vanuit uw Kamer is voorts gevraagd welke gevolgen de verwerping van het wetsvoorstel en de moties hebben voor de manier waarop de richtlijn medicatieveiligheid nu wordt uitgevoerd. Een aantal activiteiten gericht op het verbeteren van medicatieveiligheid zal worden belemmerd door het uitblijven van het landelijk EPD en de motie waarin de Eerste Kamer de regering verzoekt alles te doen wat in haar vermogen ligt om verdere beleidsinhoudelijke, financiële en organisatorische medewerking aan de ontwikkeling van het Landelijk Schakelpunt te beëindigen. De minister gaat er vanuit dat het veld blijft streven naar naleving van de richtlijn waarbij er gebruik dient te worden gemaakt van diverse beschikbare communicatiemiddelen.
De Kamer is van mening dat de patiënt zijn hele dossier, dat via het Landelijk Schakelpunt (LSP) beschikbaar is, moet kunnen inzien. Bij deze motie wordt de regering verzocht bij de opties voor inzage, die uitgewerkt worden, expliciet de volgende zaken te garanderen:
– de inzage in alle gegevens, dus niet alleen de uitgewisselde gegevens via het LSP, maar ook de brongegevens bij de zorgaanbieders;
– de mogelijkheid tot correctie, zoals die in de WGBO is vastgelegd.
Ten gevolge van de verwerping van het wetsvoorstel EPD vervalt de mogelijkheid om aanvullende regels te stellen voor elektronische inzage van de patiënt in zijn gegevens via het LSP. Op grond van artikel 456 van de WGBO heeft de patiënt reeds een recht op inzage in zijn dossier, echter het is aan de zorgaanbieder om te bepalen op welke wijze hij dit faciliteert. Voorts zal de minister gelet op de Motie Y van de Eerste Kamer bezien hoe elektronische inzage in algemene zin nader wettelijk geregeld kan worden.
Voor wat betreft het tweede deel van deze motie, te weten de mogelijkheid op correctie, geldt dat de patiënt dit recht heeft op grond van artikel 36 van de WBP. Echter zonder bemoeienis met het LSP kan de minister dit deel van de motie niet uitvoeren. Overigens is de minister van mening dat het van groot belang is dat de patiënt dit recht met tussenkomst van de zorgverlener uitvoert in het belang van de kwaliteit van de zorgverlening als ook de patiëntveiligheid.
De patiënt kan uiteraard wel het dossier aanvullen, dan wel een verklaring in het dossier laten opnemen. Hierbij is echter voor de raadplegende zorgverleners duidelijk dat deze gegevens door de patiënt zijn toegevoegd.
De Kamer verzoekt de regering vast te leggen dat een patiënt bij de uitgifte van medicijnen op dat moment direct recht heeft op een kostenloze inzage in papieren en/of elektronische vorm van de aan hem voorgeschreven medicijnen, evenals het recht op aanvulling van deze lijst met zelfmedicatie die gebruikt wordt.
De minister is het met de Kamer van mening dat de patiënt, mede gelet op de richtlijn medicatieoverdracht, dient te worden gefaciliteerd bij het uitoefenen van zijn recht op inzage in gegevens en aanvulling daarvan met bijvoorbeeld zelfmedicatie. In artikel 454, tweede lid van de WGBO, is geregeld dat de hulpverlener desgevraagd een door de patiënt afgegeven verklaring met betrekking tot de in het dossier opgenomen stukken aan het dossier toevoegt. Volgens Schippers wordt hiermee invulling gegeven aan de wens die uit deze motie spreekt. Op basis van het verworpen wetsvoorstel had de minister de mogelijkheid gehad bij AMvB regels te stellen over de wijze waarop de inzage in en het afschrift van het dossier wordt vormgegeven. Deze mogelijkheid vervalt nu. Schippers zal moeten bezien hoe dit in bestaande wetgeving te faciliteren is. Dit zal echter geruime tijd in beslag nemen, gezien het feit dat hiervoor naar verwachting een wetswijziging nodig zal zijn.
De WGBO geeft de zorgverlener voor het recht op afschrift de mogelijkheid een redelijke vergoeding in rekening te brengen. Schippers zal bezien in hoeverre kostenloze afschriften mogelijk dienen te zijn. De minister kan zich voorstellen dat er verschillen zijn in een papieren afschrift en een elektronische vorm, ook voor wat betreft de kosten

De Kamer verzoekt de regering vast te leggen in de WGBO dat patiënten per 1 januari 2013 recht hebben op inzage in en afschrift van, op elektronische wijze, hun gehele elektronische dossier bij de zorgverlener, en de zorgverlener te verplichten dit recht op elektronische inzage en afschrift te faciliteren. De minsiter en de kamer zijn van mening dat dit bijdraagt aan de transparantie en de regiefunctie ten behoeve van de patiënt. Niet alle zorgverleners beschikken over een elektronisch dossier.
Beveiliging en Communicatieplan
Gelet op de verwerping van het wetsvoorstel door de Eerste Kamer en de consequenties daarvan voor haar bemoeienis met het landelijk schakelpunt zijn haar toezeggingen met betrekking tot beveiliging en communicatieplannen mijns inziens niet meer aan de orde. Het is immers aan Nictiz en de zorgaanbieders om al dan niet invulling te geven aan het LSP en daarbij de invulling van de beveiliging en de communicatie.

De brieven aan de Eerste Kamer, Nictiz en het CBP zijn bij deze brief bijgevoegd. Gelet op de nieuwe situatie zal de minister bezien hoe bestaande wet- en regelgeving zoals de WBP, WGBO en de Wet BIG aangepast dient te worden om de privacy- bescherming van de patiënt te verbeteren.

Reactie aangenomen moties bij stemming landelijk EPD

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) informeert de Eerste Kamer over de manier waarop zij uitvoering gaat geven …

Kamerstuk | 11-04-2011 | VWS

Brief aan Nictiz over afbouw medewerking VWS aan LSP

Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aan het bestuur van Nictiz over de afbouw van de betrokkenheid …

Brief | 11-04-2011 | VWS

Brief aan CBP wettelijke basis verwerking patientgegevens door LSP

Brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) aan het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) waarin zij …

Brief | 11-04-2011 | VWS

Brief juridische status LSP zonder Kaderwet EPD

Brief aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) waarin de juridische aspecten worden belicht van de …

Brief | 04-04-2011 | VWS

Bron: Rijksoverheid

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

Recente artikelen