NVWA verwacht geen gezondheidsrisico’s door spaarlampen
Array
Voedsel en Waren Autoriteit
De afgifte van stoffen door spaarlampen is zo laag dat geen effect op de gezondheid te verwachten is. Dat blijkt uit verschillende buitenlandse onderzoeken. Het bureau Risicobeoordeling & onderzoeksprogrammering (BuRO) van de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) ziet dan ook geen aanleiding voor eigen onderzoek, maar houdt wel de vinger aan de pols. In verschillende binnen- en buitenlandse media is onlangs gemeld dat spaarlampen kankerverwekkende stoffen uitstoten. In Nederland zijn hierover ook Kamervragen gesteld. BuRO is nagegaan waarop deze berichten in de media berusten.
Buitenlands onderzoek
Het blijkt te gaan om metingen aan spaarlampen die zijn uitgevoerd door een Duits laboratorium. Een formele rapportage hiervan is niet beschikbaar. Het Umweltbundesamt van het Duitse ministerie van Milieu heeft echter op basis van deze metingen berekeningen uitgevoerd. Hun voorlopige conclusie luidt dat spaarlampen slechts zeer geringe concentraties vluchtige organische verbindingen afgeven, en dat hiervan geen effect op de gezondheid te verwachten is. Bovendien heeft de universiteit van Gent in 2009 gerapporteerd dat spaarlampen tijdens hun levensduur veel minder vluchtige organische stoffen uitstoten dan gloeilampen.
Risico te verwaarlozen
Het risico van chemische stoffen hangt af van de hoeveelheid die we inademen, inslikken of op de huid krijgen. De metingen van het onderzoek dat is aangehaald in de media zijn uitgevoerd in een heel kleine, ongeventileerde testruimte. Uit deze resultaten mogen dan ook geen conclusies worden getrokken over concentraties in een gewone woonruimte. Een slaapkamer heeft al gauw een volume dat 1000 keer zo groot is als de testruimte in het Duitse onderzoek. De hoogste concentraties zijn daarmee, zelfs zonder ventilatie, 1000 keer lager. Dat is zo laag dat het gezondheidsrisico verwaarloosbaar is. Het Umweltbundesamt doet nog aanvullend onderzoek om de meetresultaten en de conclusies te verifieren. Deze nieuwe resultaten zal BuRO opnieuw beoordelen op de betekenis voor de gezondheid van de gebruiker van spaarlampen.
Veel elektrische apparaten die tijdens het gebruik warm worden, zoals tv-toestellen en pc’s, kunnen vluchtige organische stoffen afgeven. Ook andere producten in de woning geven dergelijke stoffen af. Het gaat bijvoorbeeld om brandende producten als sigaretten, kaarsen en open haarden, maar ook om stoffen uit bouwmaterialen en meubelen. BuRO onderschrijft de berekeningen van het Umweltbundesamt: de bijdrage van spaarlampen aan de al aanwezige concentratie van vluchtige organische stoffen in onze woonomgeving is te verwaarlozen.
Vinger aan de pols
Gezien de bevindingen van het Gentse Laboratorium voor Lichttechnologie en het standpunt van het Umweltbundesamt is BuRO vooralsnog geen eigen onderzoek gestart naar de afgifte van stoffen uit spaarlampen. BuRO houdt wel de vinger aan de pols. Er is contact met de Duitse deskundigen, om de gebruiker van spaarlampen zo spoedig mogelijk meer zekerheid te kunnen bieden. Als er nieuwe informatie beschikbaar komt uit metingen, zal BuRO een risicobeoordeling uitvoeren op basis van dit onderzoek.
Het bureau Risicobeoordeling & onderzoeksprogrammering van de nVWA oordeelt en adviseert wetenschappelijk onderbouwd over mogelijke bedreigingen van de voedsel- en productveiligheid, diergezondheid en dierenwelzijn. De onafhankelijke uitoefening van deze opdracht is geregeld in de Wet onafhankelijke risicobeoordeling Voedsel en Waren Autoriteit die in 2006 door het parlement is aangenomen. Adviezen in het kader van de wet worden uitgebracht aan de ministers van de ministeries van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
