Reductie fysieke overbelasting door intergraal tilbeleid
Array
Gebruik tilhulpmiddelen spaart zorgmedewerkers
In de zorg in Nederland wordt al lang gebruik gemaakt van hulpmiddelen bij het tillen, zoals tilliften. Maar lang niet in alle gevallen waarin gebruik gemaakt zou moeten worden van bijvoorbeeld tilliften wordt dit gedaan. Uit een literatuuronderzoek dat in opdracht van het Tilcentrum is uitgevoerd komen een aantal interessante zaken naar voren. De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat het gebruik van tilhulpmiddelen een aanzienlijke bijdrage levert aan het voorkomen van fysieke overbelasting bij zorgpersoneel. De combinatie van (kwalitatief goede) tilhulpmiddelen, training en actief niet-tillen-beleid is nodig om die gezondheidswinst onder werknemers in de zorg ook echt te realiseren.
Een kwart van de uitval heeft te maken met pijn aan het bewegingsapparaat, vooral rug-, nek-, schouder- en armklachten. De klachten ontstaan door tillen, wassen, aankleden en verplaatsen van patienten. Bij deze klachten blijkt een significant verband te bestaan tussen het handmatig verplaatsen van patienten en de klachten. Een verband dat niet gevonden wordt bij het gebruik van hulpmiddelen.
Hulpmiddelen niet gebruikt
Hulpmiddelen die aanwezig zijn worden vaak niet of niet goed gebruikt. Medewerkers vinden dat gebruik maken van bijvoorbeeld een tillift teveel tijd kost, de tillift te ver weg staat of dat er geen collega in de buurt is. Daarnaast is het niet hebben van een integraal tilbeleid, als onderdeel van het verzuimbeleid, een belangrijke oorzaak.
Training en ‘niet-tillen-beleid’
Om verzuim door fysieke overbelasting te verminderen door middel van het gebruik van hulpmiddelen zijn twee zaken onmisbaar: Training en een ‘niet-tillen-beleid’ (naast de aanwezigheid van goede tillhulpmiddelen). Training zorgt ervoor dat medewerkers efficienter en effectiever gebruik maken van tilliften en een niet-tillen-beleid (als onderdeel van het verzuimbeleid).
