Moet het medisch beroepsgeheim op de schop?

Array

Politie en justitie hadden graag het medisch dossier van Tristan van der V. in handen gehad bij hun onderzoek naar de schietpartij in Alphen aan de Rijn. Maar de behandelaars van Tristan wilden dat niet geven op grond van het medisch beroepsgeheim. Het medisch beroepsgeheim staat ter discussie naar aanleiding van het onderzoek naar Tristan van der V, de man die in Alphen aan den Rijn zes mensen en zichzelf doodschoot in een winkelcentrum. De vraag is of hulpverleners op de hoogte waren van zijn plannen en zo ja, of ze dan aan de bel hadden moeten trekken.
Nu de vraag rijst of het schietdrama voorkomen had kunnen worden, als hulpverleners alarm hadden geslagen, klinkt weer het pleidooi om de regels voor het breken van het medisch beroepsgeheim te versoepelen. Welke signalen over Tristan had de hulpverlening?

De mogelijkheid om het medisch beroepsgeheim te schenden bestaat al, de behandelend arts besluit daarover. Zorgvuldigheid is daarbij erg belangrijk, en de zorgverlener is kwetsbaar omdat die het risico loopt vervolgd te worden als hij het beroepsgeheim ten onrechte heeft geschonden. Een arts mag in principe niet uit de school klappen over dat wat hij bespreekt met zijn patient, tenzij die daar zelf toestemming voor geeft. Het medisch beroepsgeheim geldt ook na overlijden. Op de website van het College Bescherming Persoonsgegevens wordt het beroepsgeheim of de geheimhoudingsplicht omschreven als „de plicht tot geheimhouding van in vertrouwen verstrekte gegevens.” Artsen, tandartsen, apothekers, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, fysiotherapeuten, verloskundigen en verpleegkundigen hebben een medisch beroeps geheim. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen. Bijvoorbeeld als het bewaren van het geheim ertoe leidt dat een kind wordt mishandeld. In dit soort gevallen botsen belangen.

Toont het incident in Alphen aan de Rijn aan dat het medisch beroepsgeheim moet worden aangepast? Moeten justitie en hulpverleners nauwer samenwerken, door bijvoorbeeld het instellen van een anonieme meldplicht? Of is dit geen goed idee, omdat het medisch beroepsgeheim van te groot belang is voor het vertrouwen tussen de arts en de patient, en is het kwalijk als dit vertrouwen niet meer wordt gewaarborgd?

Minister Edith Schippers van VWS gaat bekijken of  het medisch beroepsgeheim heilig moet blijven of niet. De KNMG vindt niet dat er soepeler met het medisch beroepsgeheim moet worden omgegaan. GGZ Rijnstreek verstrekte het dossier van Tristan van der Vlis niet aan justitie.

Redactie Medicalfacts/ Janine Budding

Ik heb mij gespecialiseerd in interactief nieuws voor zorgverleners, zodat zorgverleners elke dag weer op de hoogte zijn van het nieuws wat voor hen relevant kan zijn. Zowel lekennieuws als nieuws specifiek voor zorgverleners en voorschrijvers. Social Media, Womens Health, Patient advocacy, patient empowerment, personalized medicine & Zorg 2.0 en het sociaal domein zijn voor mij speerpunten om extra aandacht aan te besteden.

Ik studeerde fysiotherapie en Health Care bedrijfskunde. Daarnaast ben ik geregistreerd Onafhankelijk cliëntondersteuner en mantelzorgmakelaar. Ik heb veel ervaring in diverse functies in de zorg, het sociaal domein en medische-, farmaceutische industrie, nationaal en internationaal. En heb brede medische kennis van de meeste specialismen in de zorg. En van de zorgwetten waaruit de zorg wordt geregeld en gefinancierd. Ik ga jaarlijks naar de meeste toonaangevende medisch congressen in Europa en Amerika om mijn kennis up-to-date te houden en bij te blijven op de laatste ontwikkelingen en innovaties. Momenteel ben doe ik een Master toegepaste psychologie.

De berichten van mij op deze weblog vormen geen afspiegeling van strategie, beleid of richting van een werkgever noch zijn het werkzaamheden van of voor een opdrachtgever of werkgever.

5 thoughts on "Moet het medisch beroepsgeheim op de schop?"

  1. Siegfried van Hoek

    Onder publieke verontwaardiging veranderen wetten sneller. Het beroepsgeheim moet per definitie herzien worden. En dit zou ook m.i. moeten gelden voor advocaten, notarissen en geestelijken bijvoorbeeld. Het lijkt ter bescherming van de client, maar dat is het geheel niet. En er is een verschuiving gaande van het individueel client-belang tot geheimhouding (onder het mom van onbevreesde gang naar de beroepsbeoefenaar) naar dat van het maatschappelijke belang, zeker als het gaat om het (niet) verzwijgen van ernstige misdrijven. Maar zwijgplicht mag nu alleen doorbroken onder strenge -ja- zelfs voor de ‘sprekende’ beroepsbeoefenaar belastende voorwaarden.

    Een client is niet geholpen door zijn/haar melding van voornemen tot aanslag maar te laten voor wat het is, met als resultaat een aantal doden inclusief de patient/client zelf.
    In een aantal kwesties is er eigenlijk wel degelijk een meldplicht, ook als deze op morele gronden zou zijn.

    Een melding op morele gronden is niet toegestaan. Maar hele ernstige misdrijven gepleegd in het verleden zouden ook gemeld moeten kunnen worden. Het is van den zotte dat een psycho-therapeute die een inmiddels gepleegde moord meldt hiervoor tuchtrechtelijk wordt vervolgd! Melding mag alleen als er sprake is van accute dreiging van ernstige feiten en dan nog: De doorbreker van de zwijgplicht draagt zelf en altijd volledig verantwoording hiervoor. Zo ook in de situatie als diegene door de rechter wordt gevraagd zijn/haar verschoningsrecht opzij te schuiven. En dat laatste is wel een hele scheve verhouding.

    Toetsing van het gerechtvaardigd doorbreken is altijd achteraf, dit terwijl die doorbreking en dus ook de beoordeling casus-afhankelijk is. Er is dus geen standaard antwoord op wat een beroepsbeoefenaar moet doen met een hekel vraagstuk, reden om daarom te pleiten voor een hulp-orgaan waar kwesties vooraf getoets kunnen worden om die impasse te kunnen doorbreken.

    Voor een beroepsbeoefenaar zal het doorbreken van de zwijgplicht nooit een lichtzinnige stap zijn, ook als deze hiervoor naar een toetsingsorgaan gaat, immers die stap is al een doorbreking ook al worden er geen clientgegevens genoemd. Hij/zij wordt hierop beoordeeld.

    Met het bovenstaande in acht genomen pleit ik voor de formulering van een MELDINGSRECHT (in plaats van -plicht),
    om een kwestie na eigen gestreng verantwoord overwogen besluit deze (-client-anoniem-) te mogen toetsen bij een specifiek orgaan, zodat de beroepsbeoefenaar meer bewegingsruimte krijgt zonder direct de vertrouwensrelatie met de client te torpederen, en waarna de beroepsbeoefenaar niet nogmaals aan de toetsing met gevolgen en al onderworpen behoeft te worden.

  2. Siegfried van Hoek

    Het medisch beroepsgeheim is aan herziening toe.

    Mw. mr. Charlotte Nortier schreef ‘Het medisch Beroepsgeheim’, http://192.87.209.9/pdf/43128.pdf . Hierin geeft zij een goede uitleg over de problematiek en de huidige voorwaarden van het beroepsgeheim en het verschoningsrecht. Ook zij benoemt het conflict van belangen voor de medicus met een zwijgplicht enerzijds en het maatschappelijk belang anderzijds om met name in maatschappelijke/strafrechtelijke zin deze te doorbreken. Die schietpartij in Alphen a/d Rijn had voorkomen kunnen worden, als die zwijgplicht doorbroken was, ja… Maar die ene medicus moet in een specifiek geval solitair een besluit maken, en dat besluit mag niet (slects) rusten op morele gronden, maar moet bovendien vanwege een acuute existentieele dreiging zijn.

    Ook benoemde zij het risico voor de gezondheidsbeoefenaar om voor het doorbreken van de zwijgplicht ter verantwoording te worden geroepen. Omdat de individuele arts helemaal alleen staat in die opgave tot besluit, pleit zij voor een (client-anoniem) meldingsrecht i.p.v. -plicht voor artsen om in het individueel te besluiten vraagstuk om de zwijplicht te doorbreken tegemoed te komen. Zij geeft ook een stroomdiagram voor een eerste melding, zonder dat hier voor de zorgclient consequenties aan vast zitten. (Voor de arts blijft er wel sprake van beoordeling van die eerste stap van het doorbreken van de zwijgplicht…)

    Maar er is nog een ander gegeven om op te merken, waarom het medisch beroepsgeheim aan herziening toe is: het medisch beroepsgeheim wordt voorgesteld om een onbevreesde gang naar de geneeskundige te garanderen, maar op de eerste plaats is deze er voor de medici zelve: Zelfs als doorbreking in het belang van de patient is, dan nog mag de arts er voor kiezen zich te blijven beroepen op het verschoningsrecht. Enkel als de openheid geen onaangename reactie zal geven op het vertrouwen in de medische stand, met name als de zaak al breed bekend is via de media, dan mag hij onder publieke opiniedruk de zwijgplicht doorbreken. Het moge duidelijk zijn dat niet de patient centraal staat als reden van de zwijgplicht/-cultus.

    Een vereenvoudiging van de zwijplicht met name in ernstige straf-kwesties is van een groot maatschappelijk belang, en in echt ernstige kwesties zeker van een groter belang dan dat van betrokken individuen. En de publieke opinie groeit hiervoor!

  3. Siegfried van Hoek

    In toevoeging op het bovenstaande wilde ik uw aandacht vragen voor: http://beta.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1103764-weten-en-geweten. In die afleveringen van ‘Kijken in de Ziel’: over strafpleiters is deel vijf ‘Weten en Geweten’ relevant.

    Zonder hier in te willen gaan op de vakinhoudelijkheid van het advocaat zijn, wilde ik analoog betreft hun ambtelijke plicht tot geheimhouding in vergelijk wat opmerken. In deel vijf komen de meest opmerkelijke uitspraken voor.

    In tegenstelling tot de zwijgplicht voor medici is het doorbreken van die zwijgplicht voor advocaten minder problematisch ervaren als er sprake is van een existentiele gewelddadige dreiging voor derden. Bijna alleen wilden zich hiervoor dan wenden tot de Deken van de Orde van Advocaten. Er was slechts een advocaat Mr. Lucy Oldenburg, die aangaf zelfs over de wetenschap van een op hande zijnde terreur aanslag op basis van concrete informatie met veel doden te zullen zwijgen. Zo heilig was haar geheimhoudingsrecht…

    Ik denk dat in heel ernstige existentieel dreigende kwesties de geheimhoudingsplicht, ook al is die plicht zelf ook onderdeel van het strafrecht, dat zij juist dan niet zou moeten gelden.

  4. Siegfried van Hoek

    Het Proefschrift van Mw. mr. Charlotte Nortier ‘Het medisch Beroepsgeheim’, http://192.87.209.9/pdf/43128.pdf , is ook natuurlijk een belangrijker peiler waarop ik thans redeneer.
    Wat mij lang bezig bleef houden daarna was het item over een psychotherapeute, die veroordeeld werd wegens schending van het beroepsgeheim, omdat zij -de moord op de moeder van de patient en begaan door de patient zelf in een eerder stadium- elders daarna als melding van strafbaar feit had aangegegeven. Hiervoor werd zij veroordeeld, onder het mom daT dit de gang naar de hulpverlener ‘verzwaard/t’ in de toekomst, de onbelemmerde gang naar de hulpverlener moet gegarandeerd zijn.

    MAAR DAT IS ‘KLINK & KLARE’ ONZIN.

    De patient is met de moord-daad geestelijk in de problemen gekomen, en werd na een gewetensworsteling bereid tot verzoek om hulpverlening, en komt terecht bij een psychotherapeute. De therapeute is er om te helpen met dit probleem van gevolgen van kennelijke verdediging welke hij bekende met zijn hulpverzoek.
    En of hij nu wel wil of niet dat het gemeld wordt, bij de dokter kom je om genezing, zoals bij de notaris om notatie, bij de geestelijke om afkoop danwel boete, en bij de advocaat ‘voor de duivel of de hemel’. Dus de doketr moet genezen, en dat doet de psychotherapteute niet door hem te helpen met verdringen, want dat gaat op termijn nieuwe complicaties scheppen. Ofwel zij bevrijdt hem van zijn lijden in aanleg, en hier wordt zij voor veroordeeld? Wat werpt nu een blaam op de medische sector?
    Tret de blaam de zwijgplicht / het verschoningsrecht of treft deze schending / doorbreking er van? Dat is casus afhankelijk.

    Nogmaals pleidooi voor een overheids-gerelateerd orgaan die dit soort zaken behartigd, en advies en coordinatie in intermediar verband geeft in het voorkomen/afhandelen van letselschade.

  5. Siegfried van Hoek

    EEN ANDERE REDEN WAAROM HET MEDISCH BEROEPSGEHEIM OP DE SCHOP MOET!

    http://www.slideshare.net/adaqcra/fraude-onderzoek-part-b-nl

    Niet alleen is het zo dat losgeslagen projectielen met zegen van de zwijgende geneeskundige ‘mogen’ toeslaan, ook medisch ongeoorloofd handelen blijft onder de hoed van die zwijgplicht, en voor dat laatste was de zwijgplicht oorspronkelijk bedoeld dunkt mij…

Comments are closed.

Recente artikelen