Prof. dr. Domien Beersma: “Overgang zomertijd/wintertijd is ongezond”

Array

zomertijdNa het weekend van 27 7 28 maart zal half Nederland zich katterig en onuitgerust voelen en zullen er zo’n vijf procent meer hartaanvallen optreden dan gemiddeld over de rest van het jaar. De oorzaak: de overgang van wintertijd naar zomertijd. Iedereen is ervaringsdeskundige en de wetenschappelijke bewijzen stapelen zich op: de biologische klok heeft een immense invloed op onze gezondheid. Níet alleen rond de overgangen tussen winter- en zomertijd. Er wordt echter amper iets met die kennis gedaan. Doodzonde, vindt chronobioloog prof. dr. Domien Beersma.

Voor veel mensen komt er een lastige week aan: de week na de overgang op de zomertijd. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat vooral avondmensen moeite hebben zich aan te passen. ’s Avonds voelen ze zich niet moe, hun biologische klok zegt dat ze nog wel een uurtje of wat op kunnen blijven. De volgende ochtend kijkt hun baas echter niet op hun biologische klok, maar op het kwartshorloge dat hij net een uur vooruit heeft gezet. Dus moeten ze opstaan op een tijdstip dat hun lichaam daar nog helemaal niet op is voorbereid.

Meer stress, meer infarcten
Al langer is bekend dat kort na de overgang naar zomertijd extra veel auto-ongelukken gebeuren, door verhoogde stress. Recent wetenschappelijk onderzoek laat zien dat er in de eerste week na de overgang bovendien vijf procent meer hartinfarcten optreden. Beersma: “Zweedse onderzoekers hebben in kaart gebracht wanneer hartinfarcten precies optreden. Het hele jaar door is er op maandag een piek in het aantal infarcten, zo blijkt uit hun onderzoek. In de loop van de week neemt het aantal af, in het weekeinde is het het laagst. Na de overgang op zomertijd, is de piek op maandag extra hoog. Maar ook de rest van die eerste week blijven er meer hartinfarcten optreden.”

Gezondheidswinst
Toch is de overgang tussen winter- en zomertijd niet wat Beersma het meeste bezighoudt. Belangrijker is dat we ook de rest van het jaar aan onze biologische klok uitgeleverd zijn, meent hij. “We moeten veel meer rekening houden met wat voor chronotypen we zijn: ochtend- of avondmensen. Wat heeft een baas eraan als zijn werknemers zich met de ene kop koffie na de andere staande moeten houden? Wat heeft een leraar eraan als een groot deel van zijn leerlingen onuitgeslapen in de bankjes zit? Ik zeg: laat mensen werken wanneer ze dat het beste past. Dat levert niet alleen gezondheidswinst op, maar ook economisch voordeel. Als we niet allemaal om negen uur beginnen met werken, staan we minder lang in de file, bijvoorbeeld.”

Tot op de minuut nauwkeurig
Al sinds 1972 is bekend dat twee kleine celklompjes in de hersenen – preciezer gezegd: de nucleus suprachiasmaticus, net boven de plek waar onze oogzenuwen elkaar kruisen – ons dag/nachtritme beïnvloeden. Langzamerhand wordt duidelijk dat deze cellen niet alleen aangeven wanneer het zo’n beetje tijd is om te slapen en wakker te worden. Beersma: “Onze biologische klok lijkt zéér gedetailleerde informatie af te geven, en bijna tot op de minuut nauwkeurig allerlei organen in werking te zetten.” De inzichten over grotere aantallen verkeersongelukken en hartinfarcten, vormen dan ook maar het topje van de ijsberg, meent hij. “Van organen tot immuunsysteem, alles wordt beïnvloed door die twee celklompjes. De komende jaren zal daar zeker veel meer duidelijkheid over komen.”

Slaapgedrag van Nederlanders
Om de werking van de biologische klok te ontrafelen, is nog veel onderzoek nodig. In Groningen worden onder meer proeven gedaan met slaaponthouding, verschillende kleuren licht, en wordt het dag/nachtritme van gisten en schimmels bestudeerd. Maar ook buiten het lab zijn zeer interessante inzichten op te doen. Beersma: “Door zoveel mogelijk gegevens over slaapgedrag van de Nederlandse bevolking te verzamelen, hopen we de werking van de biologische klok beter te begrijpen. Wie geïnteresseerd is in zijn eigen biologische klok, en de wetenschap een eindje vooruit wil helpen, kan op onze website, www.testuwslaap.nl, een vragenlijst invullen.”

Curriculum vitae
Domien Beersma (1951), hoogleraar aan de Faculteit Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen, is een internationaal erkend expert op het gebied van de chronobiologie (de ‘biologische klok’) van de mens. Tot 2001 werkte hij op de afdeling biologische psychiatrie van het Academisch Ziekenhuis Groningen, waar hij onderzoek deed naar de veronderstelde relatie tussen de biologische klok en (winter)depressies. Momenteel houdt hij zich bezig met fundamentele en theoretische aspecten van het 24-uursritme, waaraan dier en mens onderhevig zijn.

Zomertijd
Datum: zondag 28 maart 2010
Land / gebied: West-Europa
Religie:
Soort:

De zomertijd begint tegenwoordig op de laatste zondag van maart en eindigt op de laatste zondag van oktober (begin wintertijd). In de nacht van zaterdag op zondag worden de klokken om 2 uur een uur vooruit gezet, dus van 2 naar 3 uur (ezelsbruggetje: in het VOORjaar gaat de klok een uur VOORuit).

Bron: RuG

One thought on "Prof. dr. Domien Beersma: “Overgang zomertijd/wintertijd is ongezond”"

  1. Gelukkig zegt er iemand van wetenschappelijk gewicht eens iets over. Natuurlijk moet dit gedoe met die tijdsverschuiving onmiddellijk worden opgeheven. De oorspronkelijke aanleiding, bedoeld om stroomkosten voor verlichting uit te sparen, zg. “daylight saving time”, is immers al lang achterhaald, omdat we in een 24 uurs economie leven en de gehele samenleving, door de moderne media en het verkeer, niet langer meer op de eigen tijdszone is geconcentreerd. Hopelijk komt er eindelijk ook op wereldschaal verzet tegen de jaarlijks twee maal terugkerende narigheid, waar ieder individu last van heeft, welke optreedt door de verschuiving van de tijd.

Comments are closed.

Recente artikelen